Wanneer kan ik examentraining volgen?
Ontdek wanneer je het beste kunt starten met examentraining: vanaf september, na kerstvakantie of later? Lees over timing per onderwijsniveau en optimale voorbereiding.
Vind een vestiging bij jou in de buurt:
Niet elke leerling verwerkt informatie op dezelfde manier. Sommige leerlingen onthouden stof beter wanneer ze plaatjes of schema’s zien, terwijl anderen juist gebaat zijn bij teksten en uitleg in woorden. Dit verschil noemen we de visuele leerstijl en de verbale leerstijl. Visuele leerlingen denken in beelden en ruimtelijke verbanden, terwijl verbale leerlingen informatie het beste verwerken via geschreven of gesproken taal. Herkennen welke stijl bij jouw kind past, helpt om effectiever te leren en betere resultaten te behalen.
Visueel leren betekent dat je informatie het beste opneemt via beelden, grafieken, schema’s en kleuren. Visuele leerlingen zien verbanden tussen begrippen als ze deze in een mindmap of diagram kunnen plaatsen. Ze onthouden gezichten beter dan namen en maken bij voorkeur aantekeningen met tekeningen of symbolen.
Verbaal leren draait om taal: geschreven teksten, gesproken uitleg en woordelijke instructies. Verbale leerlingen lezen graag, kunnen goed luisteren naar uitleg en onthouden informatie door deze in eigen woorden op te schrijven. Ze denken in zinnen en woorden in plaats van in plaatjes.
Het verschil zit vooral in hoe de hersenen informatie verwerken en opslaan. Een visuele leerling maakt mentale plaatjes van leerstof, terwijl een verbale leerling de informatie als taal opslaat. Beide manieren zijn even waardevol, maar vragen wel om andere studieaanpakken om optimaal resultaat te halen.
Visuele leerlingen herken je aan verschillende kenmerken. Ze gebruiken graag stiften in verschillende kleuren om aantekeningen te maken en tekenen vaak pijltjes of vakjes om verbanden te laten zien. Bij het leren van nieuwe stof helpt het ze om plaatjes of video’s te bekijken. Ze onthouden waar informatie op een pagina stond en hebben soms moeite met lange, tekstzware uitleg zonder visuele ondersteuning.
Verbale leerlingen herken je doordat ze graag lezen en schrijven. Ze maken uitgebreide samenvattingen in volledige zinnen en onthouden informatie beter wanneer ze deze hardop herhalen of erover praten. Bij het leren van een nieuw onderwerp zoeken ze naar tekstuele uitleg en luisteren ze aandachtig naar instructies. Ze kunnen goed uit de voeten met woordenlijsten en onthouden definities gemakkelijk.
Veel leerlingen vertonen kenmerken van beide stijlen, maar hebben wel een voorkeur. Let bij jouw kind op hoe het spontaan leerstof aanpakt: pakt het meteen een stift om een schema te maken, of begint het direct met het lezen van de tekst? Die natuurlijke neiging geeft vaak de beste aanwijzing.
Voor visuele leerlingen zijn mindmaps en schema’s onmisbare hulpmiddelen. Begin met het centrale onderwerp in het midden en werk met takken naar buiten toe. Gebruik verschillende kleuren voor verschillende thema’s en voeg waar mogelijk symbolen of kleine tekeningen toe. Dit helpt om overzicht te krijgen en verbanden tussen begrippen te zien.
Kleurcodering werkt uitstekend bij het maken van aantekeningen. Gebruik bijvoorbeeld geel voor definities, groen voor voorbeelden en roze voor belangrijke data. Bij het doornemen van een tekstboek kunnen visuele leerlingen belangrijke passages markeren en in de kantlijn kleine icoontjes tekenen die de inhoud samenvatten.
Uitlegvideo’s en infographics zijn waardevol voor visuele leerlingen. Zij halen meer uit een animatie die een proces laat zien dan uit een tekstuele beschrijving. Ook flashcards met plaatjes werken goed, vooral voor vakken als biologie of aardrijkskunde. Bij het leren van talen helpt het om woorden te koppelen aan beelden in plaats van aan vertalingen.
Voor wiskundige vakken kunnen visuele leerlingen graag met grafieken en diagrammen werken. Het tekenen van een situatie bij een vraagstuk maakt abstracte problemen concreter en begrijpelijker.
Verbale leerlingen hebben veel baat bij het hardop lezen van leerstof. Door teksten uit te spreken, verwerk je de informatie via meerdere kanalen: je leest, hoort en spreekt tegelijk. Dit versterkt het geheugen. Ook het opnemen van eigen uitleg en deze later terugluisteren werkt goed voor verbale leerlingen.
Samenvattingen schrijven in eigen woorden is een krachtige methode. Neem niet alleen over wat er in het boek staat, maar herformuleer de informatie alsof je het aan iemand anders uitlegt. Dit dwingt je om de stof echt te begrijpen. Woordenlijsten, ezelsbruggetjes en rijmpjes helpen verbale leerlingen om feiten te onthouden.
Discussiëren over de leerstof werkt uitstekend. Verbale leerlingen leren door te praten over wat ze gelezen hebben. Studeer samen met een klasgenoot en leg elkaar de stof uit. Ook het stellen van vragen aan jezelf tijdens het leren helpt: “Wat bedoelen ze hier eigenlijk mee?” of “Hoe zou ik dit uitleggen aan iemand anders?”
Bij het leren van talen werken luisteroefeningen en het herhalen van zinnen goed. Voor geschiedenis en maatschappijleer kunnen verbale leerlingen tijdlijnen in woorden beschrijven of verhalen maken die gebeurtenissen aan elkaar koppelen.
Het combineren van visuele en verbale leermethoden levert vaak de beste resultaten op. De meeste leerlingen profiteren van een multimodale aanpak waarbij verschillende zintuigen en verwerkingswijzen worden ingezet. Door informatie zowel visueel als verbaal te verwerken, creëer je sterkere geheugensporen en vergroot je het begrip.
Een praktisch voorbeeld is het maken van een mindmap (visueel) waarbij je bij elk onderdeel korte uitleg in eigen woorden toevoegt (verbaal). Of het bekijken van een instructievideo (visueel) en daarna een samenvatting schrijven van wat je gezien hebt (verbaal). Deze combinatie zorgt ervoor dat verschillende delen van je hersenen actief zijn, wat het leren versterkt.
Ook bij het voorbereiden op toetsen werkt een combinatie goed. Maak schema’s met kleurcodering, maar oefen ook door de informatie hardop uit te leggen. Gebruik flashcards met zowel plaatjes als tekst. Bij het leren van formules in wiskunde of natuurkunde kun je de formule visualiseren in een voorbeeld (visueel) en tegelijk de stappen in woorden beschrijven (verbaal).
De kracht van combineren zit in flexibiliteit. Sommige onderwerpen lenen zich beter voor visuele verwerking, andere voor verbale verwerking. Door beide strategieën te beheersen, kan jouw kind de aanpak kiezen die bij het specifieke vak of onderwerp past. Dit maakt leren effectiever en voorkomt dat je vastloopt bij moeilijke stof.
Wil je meer weten over welke leerstrategieën het beste passen bij jouw kind? Wij helpen graag om de juiste aanpak te vinden die aansluit bij de individuele leerstijl en behoeften. Neem gerust contact met ons op voor persoonlijk advies over effectieve studiebegeleiding.